BELEID
Beleidsplan / Beloningsbeleid / Vrijwilligersbeleid
Beleidsplan Slicks 2019/2020
De Stichting is statutair opgericht en notarieel geregistreerd op 15 juni 2017 en gevestigd in Amsterdam. Wij vinden het belangrijk dat de sociale- en maatschappelijke belangen van kansspelspelers behartigt en vertegenwoordigd worden door mensen met ervaringsdeskundigheid en hart voor de zaak. Een gezond contragewicht tegen de ongebreidelde groei en invloed van de gelegaliseerde gokindustrie, bestaande uit kansspelaanbieders en overheid.
Een onafhankelijke en kritische zelforganisatie die werkt aan preventie en transparantie in de gokwereld en die vanuit ervaringskennis invloed heeft op de uitvoering van beleid van diezelfde gokindustrie. Wij willen o.a. onze visie van Gambling Awareness introduceren in Nederland met het doel dat de kansspelspeler veilig en weerbaar kan meedoen aan het kansspel met eerlijke kansen.
Slicks is een belangenorganisatie die vanuit ervaringskennis en wetenschap werkt aan het verminderen van de gokproblematiek in Nederland. Belangrijke doelen zijn introductie van Gambling Awareness, preventie en vroegsignalering bij de gokproblematiek plus het bieden van praktische informatie en/of hulp aan direct betrokkenen. Dit willen we bereiken door verdere professionalisering van onze organisatie en de direct betrokken vrijwilligers, maar ook door de samenwerking te zoeken met o.a. de maatschappelijke opvang, schuldhulpverlening, de verslavingszorg en de gokindustrie zelf.
Vanzelfsprekend moet hierbij onze onafhankelijkheid gewaarborgd zijn.
Dit beleidsplan geeft inzicht in: de manier waarop de stichting haar werk uitvoert om haar doelen te bereiken.
Het plan mag gezien worden als een meerjarig beleidsplan en geeft inzicht in:
De verdere ontwikkeling van de Stichting heeft de nodige inzet gevraagd van ons bestuur en de vrijwilligers. Belangrijkste thema’s waren de inzet van ervaringsdeskundigheid, verdieping van contacten en de ontwikkeling van het kenniscentrum. Een aanzet werd gemaakt met het plaatselijk verlenen van steun en geven van informatie. Weliswaar nog low profile maar de erkenning en het enthousiasme van meewerkende plaatselijke organisaties waren verfrissend om te mogen meemaken. Een domper was het op de “lange” wachtlijst zetten van ervaringsdeskundigen organisatie Slicks bij Verslavingskunde Nederland, waardoor een belangrijke bron van informatie voorziening en deling van wederzijdse kennis over de gokproblematiek voorlopig niet mogelijk is.
Het uitwerken van het beleidsplan 2019/2020 met de geformuleerde taken, het opzetten van het landelijk advies orgaan de Raad van Kansspel Spelers en het vinden van financiering voor de verdere professionalisering van Slicks, vormen het hart van onze doelen. Het organiseren van draagvlak en bekendheid van onze organisatie, om deze doelen te bereiken, blijft op de agenda.
Hoe dan ook zal de stichting op scherpe wijze landelijke en stedelijke activiteiten gaan ontwikkelen om de gokproblematiek aan te pakken.
Hiervoor is doorzettingsvermogen, inzet en een duidelijk helder doel nodig. Het bestuur maakt met dit beleidsplan duidelijk hoe het naar de toekomst kijkt.
Het jaarverslag, jaarplan, financieel jaarverslag en de begroting zijn meetinstrumenten om vooruit te kijken maar ook om te evalueren wat we hebben bereikt. Het geeft een goed inzicht in de activiteiten, projecten en werkzaamheden van Slicks.
Slicks wil opkomen voor het algemeen belang van kansspelspelers in de Nederlandse gokwereld, opdat zij veilig en weerbaar kunnen deelnemen aan de gelegaliseerde kansspelen. De te ontwikkelen activiteiten richten zich op het sociaal maatschappelijk belang van de kansspelspeler, het voorkomen en verminderen van de oorzaken en gevolgen van onverantwoord gokgedrag, introductie van onze visie op Gambling Awareness en vroegsignalering/preventie kansspelverslaving. De focus richt zich op het realiseren van laagdrempelige voorzieningen met inzet van ervaringsdeskundigen en vrijwilligers. Voorbeelden zijn: opzetten kenniscentrum kansspelen, organiseren van voorlichting, geven van weerbaarheidstrainingen en inrichten van steun- en informatiepunten.
Slicks wil een gezond evenwicht in de belangen van de kansspelspeler en die van de gokindustrie bereiken. Wij zoeken de samenwerking met maatschappelijke organisaties en de professionele verslavingszorg om innovatie en ervaringsdeskundigheid een plaats te geven voor het verminderen van gokproblematiek. De professionaliteit van de ervaringsdeskundige is hierbij gebaseerd op een combinatie van ervaringsdeskundigheid, ervaringskennis en wetenschap. Een kenniscentrum met een up to date database over alles wat met kansspelen/gokken te maken heeft is ondersteunend hieraan.
Slicks wil meewerken aan vertegenwoordiging van consumenten in de gokwereld en ruimte bieden voor de input van kansspelspelers. Belangrijk hierbij is dat het gelegaliseerde kansspel transparant, veilig en eerlijk uitgevoerd wordt, met zo min mogelijke nadelige maatschappelijke- en sociale gevolgen. Het is noodzakelijk dat elke kansspelspeler zich bewust is van de risico’s, weet wat de ware kans is om te winnen en inzicht heeft hoe het spel precies werkt maar ook welke invloed de spelomgeving op de speler heeft (Gambling Awareness). Wij willen dat alle deelnemers in staat gesteld worden om deze kennis en vaardigheden te verkrijgen bij elke deelname aan een gelegaliseerd kansspel aanbod.
Onderdeel is het op constante peil houden van onze expertise en autoriteit door het kritisch monitoren van alle bewegingen in de gokbranche en deze gegevens bij te werken in onze database.
Omdat Amsterdam naar onze schatting(11.500) de grootste groep risico- en probleemspelers van alle steden in Nederland heeft, zijn wij hier gestart met onze initiatieven voor het algemeen maatschappelijk belang. Onze schatting is gebaseerd op het totale aantal (180.000), de bevolkingsopbouw en het grote aanbod (19 gokhallen en 2 Holland Casino’s) van landbased gokgelegenheden in Amsterdam.
Het is belangrijk voor het bestuur dat alle verschillende kwaliteiten van mensen optimaal benut gaan worden. Teams (werkgroepen) rondom thema’s organiseren. De mate van uitwerking per werkgroep kan verschillen. Een aantal acties zijn al in gang gezet zoals het opzetten van de projectstructuur. Het bestuur geeft de opdracht aan de werkgroepen. Elke werkgroep heeft een projectleider/voorzitter die eindverantwoordelijk is voor het samenwerken en evalueren. Om de implementatie succesvol te laten verlopen zijn de voorwaarden en medewerking van de werkgroepen van groot belang. Om de Stichting Slicks met al de activiteiten en werkgroepen draaiende te houden, hebben we naast ervaringswerkers, vrijwilligers nodig en willen we vrijwilligers en ervaringsdeskundigen binden. In het document vrijwilligersbeleid wordt beschreven wat vrijwilligers nodig hebben wat als basis kan dienen voor alle diensten welke door vrijwilligers t.b.v. de Stichting worden geleverd. Daarnaast wordt hierin aangegeven wat de vrijwilligers aan ondersteuning van de Stichting kunnen verwachten.
Een database opzetten en uitbreiden met daarin o.a. de specifieke kenmerken van alle typen gelegaliseerde kansspelen met de omgevingsfactoren beschreven. Elk kansspel en zijn aanbieder wordt uitvoerig beoordeelt op werkwijze en invloed op de kansspelspeler. Daarbij komen ook de achtergronden van oorzaken en aanleidingen van onverantwoord gokgedrag aan bod. Maar ook informatie over behandelingen, maatschappelijke ontwikkelingen en waar de beste hulp gevonden kan worden. Dit is een “on going” proces die “up to date” gehouden moet worden.
De stichting Slicks is aangesloten bij het Amsterdamse GrootMo/GGZ platform om de sociale- en maatschappelijke gevolgen van onverantwoord gokgedrag op de kaart te zetten in de gemeente. Speerpunten hierbij zijn schuldhulpverlening, vroegsignalering en preventie. Contacten met maatschappelijke organisaties en verslavingszorg instellingen zijn en worden gelegd.
Slicks is lid organisatie van Clientenbelang Amsterdam en werkt samen met hen aan; het verbeteren van de levenskwaliteit van kwetsbaren.
Slicks werkt samen met de Samen Beter beweging in de Spaandammerbuurt in Amsterdam waar dit een onderdeel is van de pilot “De nieuwe GGZ”. Een onderdeel hiervan is de WegWijsSalon (WWS) waar vrijwilligers van Slicks de “outreachende aanpak” in samenwerking verzorgen.
De Stichting Slicks in Amsterdam is als ANBI verplicht administratie te voeren. Uit de administratie moet blijken welke bedragen (per bestuurder) aan onkostenvergoeding zijn betaald. In de statuten en het huishoudelijk reglement van de Stichting is dit goed en duidelijk beschreven. Bestuursleden zijn wel gerechtigd privé gedane of voorgeschoten uitgaven en gereden kilometers te declareren. Voor declaraties wordt het standaardformulier “declaratie” gehanteerd, zoals opgesteld door de penningmeester; ·Bestuursleden zijn niet gerechtigd vacatiegeld te declareren. Wij willen benadrukken dat de bestuurders van de Stichting Slicks in Amsterdam zich vrijwillig inzetten. Zij ontvangen geen beloning en mogen niet over het vermogen van de stichting beschikken als ware het zijn eigen vermogen. Alle inkomsten en uitgaven worden beschreven in de jaarstukken. Na goedkeuring worden de jaarstukken op de website geplaatst.
Aangezien Stichting Slicks in Amsterdam geen winstoogmerk heeft, behoort volledig (financieel) inzicht tot de belangrijkste informatiebronnen. Een goede administratie begint bij het registreren van donateurs, giften, relaties (crediteuren en debiteuren), communicatie en abonnementen.
De stichting heeft het volgende in de statuten vastgelegd: Indien het bestuur besluit tot ontbinding komt bij een batig saldo vereffening toe aan een andere Algemeen Nut Beogende Instelling met een soortgelijke doelstelling.
Er is subsidie ontvangen van het ministerie van Justitie en Veiligheid voor het opzetten van de Raad van Kansspel Spelers de RvKS. Echter voor de werkzaamheden van Slicks die daarbuiten vallen is nog steeds geen financiering gerealiseerd.
De Stichting wil geld binnen krijgen door baten voortgekomen uit de door de stichting ontplooide activiteiten, subsidies en/of fondsenwerving en/of crowdfunding, donaties en giften, schenkingen, erfstellingen, legaten en lastbevoordelingen, revenuen van het vermogen, alle overige bijdragen en inkomsten.
De werving van gelden gebeurt o.a. door een professionele subsidieaanvrager op basis van “no cure no pay” tegen een overeengekomen uurtarief maar ook door onze vrijwilligers.
Wil de Stichting kunnen groeien in haar activiteiten dan is er geld nodig. Het geld zal besteed worden aan alle te ontwikkelen en te ontplooien activiteiten noodzakelijk om de doelstellingen te kunnen verwezenlijken.
Om ons doel te bereiken zijn alle kosten voor 2018 wederom uit privé gelden van het bestuur betaald. Dit kan natuurlijk niet voortduren en het is bij lange na niet genoeg om onze doelstellingen te bereiken. Daarom is één van de belangrijkste doelen in 2019 het vinden van financiën. Op 31 december 2018 laat de balans van de stichting een negatief vermogen zien van – € 298,00
van de stichting
De Stichting Landelijk Info Centrum Kansspel Spelers (SLICKS) in Amsterdam is als ANBI verplicht administratie te voeren. Uit de administratie moet o.a. blijken welke bedragen (per bestuurder) aan onkostenvergoeding zijn betaald. In de statuten en het huishoudelijk reglement van de Stichting is dit goed en duidelijk beschreven. Bestuursleden zijn wel gerechtigd privé gedane of voorgeschoten uitgaven en gereden kilometers te declareren. Voor declaraties wordt het standaardformulier “declaratie” gehanteerd, zoals opgesteld door de penningmeester. Bestuursleden zijn niet gerechtigd vacatiegeld te declareren. Wij willen benadrukken dat de bestuurders van SLICKS zich vrijwillig inzetten. Zij ontvangen geen beloning en mogen niet over het vermogen van de stichting beschikken als ware het zijn eigen vermogen. Alle inkomsten en uitgaven worden beschreven in de jaarstukken. Na goedkeuring worden de jaarstukken op de website geplaatst.
van de Stichting Landelijk Info Centrum Kansspel Spelers (SLICKS)
SLICKS is een zelfstandige stichting, die mede gedragen wordt door vrijwilligers. Wij voeren activiteiten en dienstverlening op maatschappelijk en sociaal niveau in Amsterdam.
Vrijwilligerswerk is een onmisbaar element in onze samenleving en van groot individueel, maatschappelijk en economisch belang: zonder vrijwilligerswerk vertoont de samenleving geen sociaal gezicht. Vrijwilligerswerk biedt mensen de mogelijkheid blijk te geven van hun solidariteit en betrokkenheid bij andere mensen of de samenleving als geheel, waardoor deze minder kil en zakelijk is. Vrijwilligerswerk biedt mensen de mogelijkheid om te participeren, een mogelijkheid om erbij te horen in de samenleving. Vrijwilligers leveren grote bijdragen aan allerlei sociale processen. Het vrijwilligerswerk heeft daarnaast een expliciete signalerende functie en vormt de bron van veel initiatieven en voorzieningen, van emancipatieprocessen, van ontwikkeling van de samenleving, van de oplossing van maatschappelijke problemen en knelpunten.
SLICKS kan haar werk alleen goed doen door de inzet van vrijwilligers. De inbreng en inzet van betrokkenen en vrijwilligers vormen de basis waar goede samenwerking en begeleiding noodzakelijk zijn. Wij willen zoveel mogelijk de signalen uit de praktijk gebruiken om advies te kunnen geven en preventiebeleid te beïnvloeden. Binnen SLICKS zijn betaalde medewerkers en vrijwilligers met een vergoeding gelijkwaardig, waarbij we elkaars kennis en ervaring inzetten voor de doelen en doelstellingen van SLICKS. Wij willen een ervaringsdeskundigen pool van ongeveer 10 tot 15 vrijwilligers creëren die we kunnen inzetten voor allerlei werkzaamheden zoals voorlichting geven, een luisterend oor zijn of als gastvrouw/heer fungeren. Hierbij staat diversiteit van de vrijwilligers met diverse culturele of maatschappelijke achtergronden voorop zodat we binnen SLICKS een afspiegeling van de doelgroep krijgen. En ook voor onze collectieve belangenbehartiging zijn de diversiteit uit de groep risico- en probleemspelers, lotgenotengroepen en naasten van belangrijk.
De organisatie wil aantrekkelijk zijn voor vrijwilligers. Om kwaliteit te kunnen bieden is zij naast ervaringswerkers afhankelijk van vrijwilligers. Wij moeten over voldoende vrijwilligers kunnen beschikken. Tevens moeten deze vrijwilligers voldoende gekwalificeerd zijn om hun taken aan te kunnen. Slicks wil haar vrijwilligers op 2 manieren krijgen.
• Via netwerken van vrijwilligers en ervaringsdeskundigen
• Mensen, die uit eigen initiatief vrijwilligerswerk willen doen bij SLICKS
Toepassing van selectiecriteria.
Ten aanzien van vrijwilligers kunnen bepaalde eisen worden gesteld. De kwaliteit van vrijwilligers wordt in belangrijke mate bepaald door de opvattingen die de vrijwilliger zelf heeft over de vorm, inhoud van zijn taak binnen het organisatieonderdeel waarin de vrijwilliger actief wil zijn. Hiernaast spelen kennis, ervaring en vaardigheden een rol. Daarnaast kunnen andere eisen worden gesteld, bijvoorbeeld ten aanzien van affiniteit met de organisatie en de te leveren tijdsinvestering.
Wanneer een vrijwilliger zich – spontaan, of naar aanleiding van wervingsactiviteiten – aanmeldt, vindt een kennismaking plaats. De kandidaat-vrijwilliger krijgt tijdens het kennismakingsgesprek informatie over Slicks en over het werken als vrijwilliger in een bepaald organisatieonderdeel. Het bestuur van Slicks is voornemens daarvoor een vrijwilligerswijzer samen te stellen, zodat de kandidaat-vrijwilliger de informatie schriftelijk kan ontvangen. De Vrijwilligerswijzer zal informatie over het vrijwilligersbeleid en -werk bij de organisatie bevatten. Men kan hierin de volgende dingen terugvinden: de doelstelling en activiteiten van stichting SLICKS en onze visie op het vrijwilligerswerk. De structuur van de organisatie de werkwijze en sfeer beschrijving van de verschillende organisatieonderdelen de taken van de vrijwilligers in deze werkgroepen en de verwachtingen ten aanzien van de vrijwilligers. Maar ook: wat kan de vrijwilliger verwachten begeleiding en deskundigheidsbevordering, rechten, plichten, aansprakelijkheid, verzekeringen en afspraken of waardering van vrijwilligers.
Met de verstrekte informatie over de activiteiten kan de vrijwilliger zich een beeld vormen over het werk. Tijdens het kennismakingsgesprek, dat met de vrijwilligerscoördinator en/of de betreffende begeleider wordt gevoerd, komen tenminste de volgende onderwerpen aan de orde: de wijze waarop de kandidaat de informatie heeft verkregen over de vrijwilligersvacature de doelstelling van de organisatie en de functie waarvoor bij de kandidaat belangstelling bestaat de opvattingen over het vrijwilligerswerk de taken die gewoonlijk door de vrijwilligers worden uitgevoerd de specifieke taken van de betrokken kandidaat wensen van de kandidaat-vrijwilliger de verwachtingen die we van de vrijwilliger hebben de gevraagde tijdsinvestering en mogelijke werktijden de verantwoordelijkheden van de vrijwilliger; de werkwijze en sfeer wat de vrijwilliger kan verwachten of wat hem wordt geboden: immaterieel (b.v. begeleiding, informatie, inspraak en rechtspositie) en materieel (vergoedingen/verzekeringen).
Na een periode van werkzaamheden wordt aan beide zijden bekeken of de vrijwilliger zich prettig voelt binnen de organisatie. Het is denkbaar dat een vrijwilliger wordt afgewezen voor de functie die deze aanvankelijk ambieerde, maar dat er wel mogelijkheden zijn de betrokkene een andere functie aan te bieden. In dergelijke situaties beslist uiteraard de vrijwilliger zelf of hij dit alternatief wil aanvaarden. Wanneer een vrijwilliger wordt afgewezen, wordt deze daarvan persoonlijk in kennis gesteld. De coördinator draagt hiervoor zorg en informeert de kandidaat over de motieven en overwegingen die tot het besluit van de afwijzing hebben geleid. Ook kan een kandidaat-vrijwilliger tijdens of na een periode van werkzaamheden zelf tot de conclusie komen om toch geen vrijwilligerswerk bij die organisatie te willen doen. In die gevallen draagt de coördinator zorg voor de afronding van het contact. Hij noteert in ieder de geval de motieven voor de beslissing.
Na de werving en selectie wordt een nieuwe vrijwilliger geïntroduceerd bij de betreffende werkgroep. Elke nieuwe vrijwilliger begint met een introductie- ofwel inwerkperiode. Hierna wordt in overleg besloten of de samenwerking definitief, tijdelijk of voor onbepaalde tijd wordt aangegaan. Deze beslissing moet zowel de nieuwe vrijwilliger als de organisatie maken.
De introductie heeft “een wederzijdse kennismaking” tot doel. De nieuwe vrijwilliger krijgt ruimschoots de gelegenheid om te wennen aan de nieuwe werkplek, de werkzaamheden, de coördinator van de werkgroep, aan de reeds werkzame vrijwilligers en de deelnemers van de activiteit. Een goed verlopende introductie moet de basis vormen voor een goede werksfeer en een goede verstandhouding tussen de vrijwilligers en de organisatie.
Introductieprogramma:
Het introductieprogramma vormt de leidraad van de introductie, die in principe door elke vrijwilliger wordt doorlopen. Het introductieprogramma omvat: Kennismaking met de organisatie Elke nieuwe vrijwilliger wordt wegwijs gemaakt binnen de organisatie. De vrijwilliger krijgt informatie over de doelstelling(en), over de organisatie (onderdelen), de doelgroepen en over de werkwijze. Kennismaking met collega-vrijwilligers Uiteraard moeten nieuwe vrijwilligers de mensen leren kennen met wie ze gaan samenwerken. De vrijwilligerscoördinator / begeleider draagt zorg voor de eerste kennismaking met de reeds werkzame vrijwilligers van de betreffende werkgroep.
De vrijwilliger wordt geïnformeerd over de werkzaamheden. De coördinator of collega vrijwilligers geven informatie over nodige (dagelijks) terugkerende zaken, zoals het gebruik van middelen, apparatuur, materialen, het gebruik van de ruimte, het sleutelbeheer en andere nodige huishoudelijke zaken. Zo nodig wordt de vrijwilliger geïntroduceerd bij derden waarmee contact is. Tijdens de kennismakingsperiode zal aanvankelijk meestal een collega-vrijwilliger meelopen om zo de nieuwe vrijwilliger vertrouwd te maken met het werk. In een dergelijke situatie begeleidt de vrijwilligerscoördinator op afstand. Hij is wel te allen tijde te consulteren dan wel in te schakelen.
Afsluiting introductie:
De introductieperiode wordt op enig moment afgesloten met een gesprek tussen de kandidaat-vrijwilliger en de vrijwilligerscoördinator/begeleider. Het gesprek wordt gevoerd aan de hand van de onderdelen van het introductieprogramma, waarbij zowel de vrijwilliger als de vrijwilligerscoördinator/begeleider hun ervaringen en indrukken bespreken.
Begeleiding van vrijwilligers en voortgangsgesprek:
De begeleiding van vrijwilligers kan taakgericht en/of persoonsgericht plaatsvinden. De taakgerichte of werkinhoudelijke begeleiding kan zich toespitsen op bevordering van de deskundigheid van de vrijwilligers. Deze taakgerichte deskundigheidsbevordering kan afhankelijk van het onderwerp, individueel of in groepsverband georganiseerd worden. De organisatie biedt deze coaching aan de vrijwilligers voor wie het relevant is. Deze begeleiding wordt op verzoek van vrijwilligers dan wel op initiatief van het bestuur aangeboden. Toegesneden op de situatie en de behoefte wordt een programma en een planning van instructie, cursussen en/of themabijeenkomsten voor deskundigheidsbevordering opgesteld. Het onderwerp of thema bepaalt mede de vorm hoe de deskundigheidsbevordering georganiseerd wordt: b.v. individueel, in groepsverband, themabijeenkomst, cursus of cyclus, externe scholing, training, enzovoorts en wie met de uitvoering belast is of wie daarbij betrokken moet worden. Externe deskundigen kunnen hiervoor worden ingeschakeld.
De persoonsgerichte begeleiding spitst zich toe op het persoonlijk functioneren van de vrijwilliger in het vrijwilligerswerk. De aanleiding tot deze begeleiding is meestal een persoonsgebonden reden waardoor de begeleiding vaak individueel plaats vindt. Als er aanleiding voor is van de kant van de vrijwilliger of van de vrijwilligerscoördinator c.q. het bestuur wordt er een gesprek geïnitieerd, waarin de verwachtingen kunnen worden besproken.
Bij elke vrijwilliger zal de intrinsieke motivatie anders zijn. Zo wil de één kennis en ervaring opdoen, zijn dag goed besteden of een netwerk opbouwen. Belangrijk is dat er groeimogelijkheden voor vrijwilligers zijn met goede feedback voor wat ze doen. Daardoor kan de vrijwilliger zichzelf verbeteren en sociaal gezien groeien. Bij SLICKS is het groeimodel gericht op het verkrijgen van de kennis, inzicht en bewustwording van alle wat met gokken te maken heeft en hoe ze zichzelf en de ander daarmee kunnen ondersteunen. De deskundigheid wordt vergroot door taakgerichte en persoonsgerichte begeleiding te geven. Hierdoor wordt de kwaliteit van het werk en activiteiten van onze zelforganisatie verhoogd.
Deskundigheidsbevordering wordt te allen tijde eerst door het bestuur goedgekeurd. Overigens begeleiden de vrijwilligers vaak elkaar en leren door samen te werken van elkaar. Het bestuur draagt zorg dat de wettelijk verplichte deskundigheid aanwezig is tijdens activiteiten. De deskundigheidsbevordering kan in sommige situaties voor de vrijwilligers groepsgewijs worden georganiseerd, maar het is niet altijd haalbaar en wenselijk om voor alle vrijwilligers een collectief en uniform taak- en persoonsgericht begeleidingstraject uit te stippelen en vast te leggen. De inhoud en intensiteit van de deskundigheidsbevordering kan uiteenlopen. Deze worden immers bepaald door factoren die per vrijwilliger verschillen. De aanwezige kennis, houding, vaardigheden en de levenservaring alsmede de (ervaren) moeilijkheidsgraad van het werk, kunnen per vrijwilliger sterk uiteenlopen. In beginsel wordt elke vrijwilliger in de gelegenheid gesteld dan wel gestimuleerd om deel te nemen aan instructie, training of scholing. Dit omdat deelname aan deskundigheidsbevordering niet altijd verplicht opgelegd kan worden en niet voor elke vrijwilliger noodzakelijk of wenselijk is.
De deskundigheidsbevordering moet aansluiten op de wensen en behoeften van de vrijwilligers. Onder meer op basis van de registratie, rapportages, evaluaties en individuele of groepsgewijze begeleidingsgesprekken met de vrijwilligers kan inzicht verkregen worden in de behoefte die er bestaat aan vergroting van de kennis en vaardigheden van de vrijwilligers. De evaluatie van een eerder georganiseerde deskundigheidsbevordering kan aanwijzingen opleveren voor nieuwe thema’s. Daarnaast kunnen nieuwe ontwikkelingen of nieuwe inzichten met betrekking tot de inhoud of voorwaarden van het werk de behoefte aan deskundigheidsbevordering doen ontstaan. Mocht blijken dat een vrijwilliger na een periode van deskundigheidsbevordering niet beschikt over de vereiste vaardigheden, zal dat de vrijwilliger binnen een gesprek kenbaar worden gemaakt. Dan kan worden besloten om het vrijwilligers verband te beëindigen.
Om de betrokkenheid bij SLICKS en het werk te vergroten en om waardering voor het vrijwilligerswerk te laten blijken wordt er een attentiebeleid gevoerd. Speciaal voor de vrijwilligers is er een jaarlijks feest. Een informele bijeenkomst voor alle vrijwilligers. De vrijwilligers ontvangen daarvoor een uitnodiging. Op of rond 7 december, ontvangen de vrijwilligers een persoonlijk (schriftelijk) bedankje en/of een attentie. De lijst met attenties wordt jaarlijks door het bestuur vastgesteld.
Verklaring omrent gedrag (VOG) We vragen aan vrijwilligers die een-op-een contact krijgen met kwetsbare mensen of die alléén op pad gestuurd worden vooraf altijd om een VOG. De vrijwilligerscoördinator stuurt een link naar de vrijwilliger, die daarmee zijn of haar VOG kan aanvragen. SLICKS draagt de kosten voor de aanvraag. Daarnaast vragen wij ook van alle vrijwilligers die een overeenkomst krijgen een VOG. Dit wordt na afloop van de proefperiode besproken en aangevraagd.
De samenwerkingsrelatie tussen de organisatie en een vrijwilliger kan om diverse redenen beëindigd worden, zowel door de organisatie als door de vrijwilliger. Wanneer het initiatief daartoe bij de organisatie ligt, dient dit goed beargumenteerd en indien mogelijk gedocumenteerd te geschieden.
Wanneer de vrijwilliger het initiatief neemt om de relatie te verbreken, is het voor de organisatie van belang de beweegredenen hiervoor te kennen. Mochten er, hoe dan ook, fouten zijn gemaakt of misverstanden zijn ontstaan, dan is het zaak om dit zo mogelijk recht te zetten en/of herhaling daarvan te voorkomen. Om helderheid te scheppen over de vertrekredenen wordt een exitgesprek met de (om welke reden dan ook) vertrekkende vrijwilliger gevoerd. Het bestuur, dan wel de vrijwilligerscoördinator neemt het initiatief tot het exitgesprek en bereidt het gesprek voor door voor zichzelf schriftelijk de gesprekspunten die tenminste aan de orde moeten komen vast te leggen. Dezelfde zorgvuldigheid die betracht is bij het aannemen van de vrijwilliger dient ook bij het vertrek in acht te worden genomen.
Onder de rechtspositie van vrijwilligers worden de rechten en plichten verstaan waartoe de vrijwilliger en de organisatie zich jegens elkaar verbonden hebben.
De organisatie moet kennis hebben van enige persoonlijke gegevens van de vrijwilligers. De vrijwilligerscoördinator houdt dit bij. Voorts wordt van elke vrijwilliger geregistreerd wanneer deze is gestart, de datum waarop de samenwerking formeel wordt aangegaan en het moment waarop deze wordt beëindigd. De regels ten aanzien van het beschermen van de privacy van betrokkenen worden hierbij in acht genomen. Het privacy reglement is geregeld via de AVG te vinden op de website.
Vrijwilligers hebben het recht tot inspraak in het beleid. De vrijwilligers worden betrokken bij het werkoverleg en krijgen stelselmatig feedback op hun inzet. Ze worden betrokken bij (belangrijke) beslissingen die gevolgen hebben voor hun werkzaamheden. De vrijwilligers participeren in de informatievoorziening.
Vrijwilligers hebben recht op de functionele informatie die nodig is om hun taken naar behoren te kunnen uitvoeren. Daarnaast dienen ze te worden geïnformeerd over wat er binnen de organisatie gebeurt. Drie keer per jaar wordt er een algemene vergadering gehouden met alle werkgroepen. Twee keer per jaar wordt er met de werkgroepen apart gesproken. Deze bijeenkomsten worden gebruikt om goede afstemming te houden met het bestuur. Tevens staat alle relevante informatie op www.slicks.info
Het kan zijn dat vrijwilligers onkosten moeten maken om hun werk te kunnen doen. In principe zijn organisaties niet verplicht om gemaakte onkosten te vergoeden. Een vrijwilliger is immers niet in een privaatrechtelijke dienstbetrekking werkzaam. Maar toch gebeurt dat meestal wel. De organisatie maakt met de vrijwilligers daarover afspraken. SLICKS kent slechts onkostenvergoedingen op declaratiebasis. Hieronder wordt verstaan: alle onkosten die een vrijwilliger moet maken om het werk te kunnen doen. Onkosten zoals hier bedoeld, zijn bijvoorbeeld: telefoonkosten, reis- en verblijfkosten, materiaalkosten, vergaderkosten. Na overleg met de vrijwilligerscoördinator vergoedt de organisatie in principe alle door de vrijwilligers gemaakte onkosten. Vergoeding van de gemaakte onkosten vindt plaats op declaratiebasis. Bij het declareren van gemaakte onkosten dienen nota’s, rekeningen, kassabonnen of andere betaalbewijzen te worden overlegd. De vrijwilliger kan slechts in aanmerking komen voor onkostenvergoeding, nadat het bestuur hem/haar daartoe toestemming heeft verleend.
Vrijwilligers lopen risico’s tijdens hun werkzaamheden. Zij kunnen schade aanrichten of zelf een ongeluk of ongeval krijgen. De organisatie kan aansprakelijk worden gesteld, hetgeen grote (financiële) gevolgen kan hebben. Daarom worden verzekeringen afgesloten om de organisatie en de vrijwilligers in te dekken tegen mogelijke gevolgen van schade en ongevallen, zoals een aansprakelijkheidsverzekering en een (collectieve) ongevallenverzekering. Deze collectieve verzekering moet nog afgesloten worden voor alle vrijwilligers. Elke vrijwilliger wordt – tenminste door middel van de Vrijwilligerswijzer ( deze is nog in ontwikkeling) – erop geattendeerd dat de organisatie niet aansprakelijk kan worden gesteld voor de gevolgen van schade of ongeval, anders dan vastgelegd en bedoeld in de voorwaarden van verzekeringen die ten behoeve van de vrijwilligers zijn afgesloten. Het bestuur of de vrijwilligerscoördinator is het aanspreekpunt voor vrijwilligers aangaande verzekeringskwesties. De collectieve verzekering wordt pas aangesproken, indien de eigen verzekering hierin niet voorziet. Binnen de collectieve verzekering zijn de volgende verzekeringen opgenomen: aansprakelijkheidsverzekering voor rechtspersonen aansprakelijkheidsverzekering voor vrijwilligers ongevallen- en persoonlijke eigendommenverzekering bestuursaansprakelijkheidsverzekering voor vrijwilligers verkeersaansprakelijkheidsverzekering voor rechtspersonen rechtsbijstandverzekering voor vrijwilligers.
Voor mensen die een sociale uitkering ontvangen is het van belang om te weten of door het vrijwilligerswerk hun uitkering gevaar loopt. Vrijwilligerswerk moet aan bepaalde normen voldoen wil het acceptabel zijn voor de uitkerende instanties.
Wanneer zich geschillen of conflicten voordoen tussen vrijwilligers onderling of tussen vrijwilligers en de organisatie, moet door middel van overleg een oplossing worden gevonden. In eerste instantie zal er binnen de eigen werkgroep naar een oplossing worden gezocht. Als er na gesprekken onderling geen oplossing gevonden wordt, kan de werkgroep het bestuur inschakelen. Het bestuur, een bestuurslid, zal dan de functie van mediator vervullen.